Goede resultaten gecontinueerd in 2015

Boxmeer, Juni 2016.

Bestaande Buckfast groep (België/Luxemburg/Frankrijk/Nederland/Duitsland/Oostenrijk)
Deze groep, gevormd in 2014, is in 2015 verder gegaan met zowel de pure Buckfast als de op Buckfast-USDA materiaal gebaseerde lijnen. Er werden meer dan 160 volken gemaakt en getest gedurende het jaar. In Altea, Spanje, werd ons teeltstation volledig operationeel.

Nieuwe telers hebben zich aangesloten en een nieuwe groep vrijwilligers werd gevonden om het groeiende aantal volkjes te tellen, zij hielpen ons een week met tellen tijdens hun vakantie!

In 2014 had 10% van de (pure) Buckfast volken een hoog niveau van VSH, in 2015 was dit meer dan 20% (23 van de 94), waaruit is af te leiden dat wij vooruitgang boeken met onze selectie. Ook in de Buckfast-USDA gebaseerde lijnen kon het hoge niveau van VSH wederom worden aangetoond met 40% van de kolonies in dit segment (27 van de 68).
1 Altea - Counting

Nieuwe Buckfast groepen in Nederland

Wij mochten twee zeer ervaren, bestaande Buckfast teeltgroepen verwelkomen in ons programma; Stichting Buckfast Marken en Buckfast Teeltgroep “Flevo”. Deze groepen hebben al bevruchtingsstations op Marken en in de Flevopolder.

Beiden groepen hebben in 2015 hun normale teeltmateriaal onderzocht op normaal hygiënisch gedrag, omdat de kans dat een bepaald volk VSH gedrag vertoont groter is als datzelfde volk normaal hygiënisch gedrag in hoge mate vertoont.

Van de beste volken, werden 24 enkele dar volkjes gemaakt en getest op het VSH gedrag. Twee volken werden geïdentificeerd als hoog VSH (=>75%) en vier volken vallen in de tussen categorie VSH.

Aangezien deze groepen zijn begonnen met in ons programma niet eerder gebruikte Buckfast lijnen, is dit een belangrijke stap, omdat dit zorgt voor meer (genetische) diversiteit in de hoge VSH Buckfast populatie.
2 Marken - Flevo-counting

Nieuwe Carnica VSH groep in Nederland

Een erg belangrijk en veelgebruikt bijenras is de Carnica. Terwijl er al een samenwerkingsverband is met het Kirchhain Instituut in Duitsland (waar met Carnica wordt gewerkt), hebben wij ook een groep met ervaren Carnica telers in Nederland weten te vormen die met het teeltprogramma van Arista Bee Research mee gaat doen. Deze groep heeft in het eerste jaar dat er met de enkele dar inseminatie methode wordt gewerkt 59 volkjes gemaakt. Het goede nieuws is dat wij duidelijk VSH gedrag hebben kunnen demonstreren in de Carnica bijen. Wij hebben dertien volken kunnen identificeren die middel niveaus van VSH hebben en vier volken hadden hoge VSH niveaus (groter dan of gelijk aan 75%).
3 SDI-camo-minis -  Queen marked

Hogeschool Inholland

De Hogeschool Inholland (gevestigd in Amsterdam) heeft zich bij ABR aangesloten en zal de bestaande samenwerkingen tussen de afdeling genetica van de Universiteit Wageningen, de USDA en ABR versterken. Terwijl onze derde student in Wageningen is begonnen, zijn er ook studenten van Hogeschool Inholland begonnen met het werken aan VSH. Deze studenten zullen ons helpen met het testen van de grote hoeveelheid monsters die wij hebben verzameld van de testvolkjes, om te kijken of er een VSH-marker kan worden gevonden. Wordt zo’n marker gevonden, dan zou dat betekenen dat het VSH-niveau van een volk in het laboratorium bepaald kan worden, waardoor het arbeidsintensieve tellen achterwege kan blijven.
4 InHolland

Derde generatie VSH bijen telen in de VS met ondersteuning van Arista Bee Research

Tijdens onze eerste bezoeken aan de USDA in Baton Rouge hebben wij de VSH-methode van onze collega’s in de VS geleerd. Maar wat ook duidelijk werd, is dat zij interesse hebben in de kennis die er over teelt in Europa aanwezig is. Daarom is Arista Bee Research gevraagd door de USDA en een commerciële imker uit Hawaï om te assisteren bij het telen van een derde generatie VSH bijen voor in de VS. Een samenwerkingsovereenkomst met de USDA en donaties van de commerciële imker maken driemaandelijkse bezoeken en ondersteuning op afstand mogelijk.
5 Hawaii a





Bijen broed: weerloos tegen infecties

uni+würzburgUniversiteit van Würzburg, 28 augustus 2013. ‘De varroa kan bijenvolken vernietigen. Tot nu toe werd dit toegeschreven aan virussen die zijn geïntroduceerd in het bijenvolk via de varroa mijten. De parasieten dragen nog een extra gevaar voor de bijen zoals Universiteit van Würzburg onderzoekers ontdekten […] ….de vrouwelijke parasieten dringen in het broed en zuigen bloed uit het broed.  Het kan niet worden uitgesloten dat deze (anders heel onschadelijke) bacteriën overbrengen naar het broed. Dat zou zeker fataal zijn voor het broed zoals uit de recente experimenten van de Beegroup is gebleken.

Link naar de Universiteit Würzburg: http://www.uni-wuerzburg.de/en/sonstiges/meldungen/detail/artikel/bienenpupp/

Link naar het artikel: http://www.plosone.org/article/info%3Adoi%2F10.1371%2Fjournal.pone.0066415